De kosten van een laadpaal bij de woning van de werknemer vallen onder de bijtelling als de werkgever een auto ter beschikking heeft gesteld. Voor een werknemer met een eigen auto mag de werkgever maximaal € 0,19 (2023: € 0,21) per zakelijke kilometer onbelast vergoeden. Dit is inclusief de kosten voor de laadpaal.
Auto bij laadpaal
Als de werkgever een laadpaal bij de woning van de werknemer laat plaatsen is het afhankelijk van de situatie hoe de kosten worden verwerkt in de aangifte loonheffingen. Er kan sprake zijn van 3 situaties:
Meer dan 500 kilometer privé
Voor werknemers bij wie de werkgever rekening houdt met een bijtelling voor het privégebruik van de auto van de zaak, zijn de kosten van de laadpaal onderdeel van de gebruikskosten van de auto. Deze kosten worden door de bijtelling in de loonheffing betrokken. De werkgever hoeft geen rekening te houden met een extra bedrag aan loon (in natura), ongeacht of een laadpaal is opgenomen in de catalogusprijs.
Niet meer dan 500 kilometer privé
Als de werknemer aantoonbaar niet meer dan 500 privékilometers per kalenderjaar rijdt, is geen sprake van bijtelling. Ook dan zijn de kosten van de laadpaal geen loon voor de werknemer. Dit zijn kosten voor zakelijk gebruik.
De vergoeding voor elektriciteitskosten is geen loon als de werkgever en werknemer hebben afgesproken dat de werknemer het daadwerkelijke verbruik tegen kostprijs doorlevert aan de werkgever. De kosten van een meter om het feitelijk verbruik vast te stellen zijn ook onderdeel van de kostprijs.
Eigen auto werknemer
Als de werkgever de laadpaal vergoedt voor een werknemer die met eigen auto rijdt, kan hij niet meer onbelast vergoeden dan € 0,19 (2023: € 0,21) per zakelijke kilometer (inclusief woon-werkverkeer). Dit bedrag is inclusief elektriciteit en aanpassingen in de meterkast. Wil de werkgever meer vergoeden, dan is dit loon voor de werknemer. De werkgever kan dit loon aanwijzen als eindheffingsloon. Dit komt ten laste van de vrije ruimte.